30 juni 2018

Vlietwoning – moNUment in de knel

door Piet van der Valk

Over de Vlietwoning te Naaldwijk zou een boek geschreven kunnen worden. Logisch want het is de oudste boerderij van het Westland. Mogelijk in 1436 was al sprake van deze boerderij. Maar eerder werd vanuit dit punt de Vlietpolder ontgonnen en dan hebben we het over de elfde en twaalfde eeuw. Zeker weten we dat de boerderij op 26 mei 1561 in bezit en al langer bewoond was door Willem Corszoon van der Vliet. Zijn oma van vaderskant was Machteld Dirksdochter van der Woerd en zij komt van het fraaie buiten, waar nu Woerdblok fase 4 te Naaldwijk wordt gerealiseerd. Terwijl z’n oma van moeders kant een telg was, uit de adellijke familie van Egmond. De Vlietwoning staat op een grote terp van circa een meter hoog, waarschijnlijk stond er een kasteeltoren bij. Dit gezien de vermelding in de Tiende penning van 1561, waarin sprake was van ‘n “Hoogwerf”. Een Hoogwerf is ‘n aanduiding voor een Mottekasteel, dit was een kasteeltoren op een ronde aarden verhoging. Willem verkocht de boerderij met omliggende bebouwing en grond aan zijn zoon Jan, die toen in de 20 was. In 1597 werd de boerderij verkocht door de erfgenamen van Jan Arentszoon Touw van der Burgh, in leven gehuwd met Neeltgen, de zus van Jan. Het woongedeelte aan de voorzijde van de woning is zestiende en zeventiende eeuws, gezien de laat Gotische en vroeg Renaissance sleutelstukken, de eikenhouten constructie van het plafond en de kloostermoppen in het kelderdeel.

Belangen en de Gemeenschap
Willem zelf woonde, na de verkoop, naast de plek waar later het Oude Raadhuis van Naaldwijk verrees. Hij schonk namelijk de grond onder dat Oude Raadhuis aan de Naaldwijkse gemeenschap. Hierna komen we M. van der Voort tegen, hij staat vermeldt in het Kaartboek van Naaldwijk uit 1623, maar het blijkt wel een bijschrift uit 1670 te zijn. Verder komen we de Vlietwoning vaak tegen in de verschillende aktes. Leendert Arentszoon Groen woonde daar in 1683, Nicolaas Overgaeuw had het in bezit tot 21 augustus 1766, toen werd de Vlietwoning openbaar verkocht aan Pieter Sprenkhuijsen, bouwman en wonende onder Naaldwijk, “de Huismanswoning van ouds genaamd “de Vlietwoning” in de Vlietpolder onder Naaldwijk, bestaande in een woonhuis, bouwhuis, zomerhuis, stalling, kaarnmolen, dorsvloer, boomgaarden, en verder plus 20 margen annex de woning. Belend zuid: de Oostwatering, west: de Vlietweg, noord: de Broekweg en oost: de koper”. Drie generaties Sprinkhuizen bleven er boeren. Pieter was voor de tweede maal gehuwd met Adriaantje Willemsdochter Kester en werd opgevolgd door zoon Arij die Agatha Wennekes huwde. De Vlietwoning kwam na het overlijden van de weduwe Agatha in 1872, aan haar twee vrijgezelle zonen Martinus en Pieter. In 1877 verlieten zij de Vlietwoning en betrokken de nieuwe Rentenierswoning op de hoek van de Lange Broekweg 2, dat was eigen grond. Leonardus van der Steen en Johannes van der Helm waren de opvolgende pachters van de Vlietwoning. Nadat Pieter in 1899 als laatste van het gezin kwam te overlijden viel de Vlietwoning en de woning Lange Broekweg 2 onder de Adrianus Parochie van Naaldwijk. Ook een vrijgezelle kleinzoon van Arij en Agatha, Arij Hofstede schonk bij zijn overlijden in 1928 de grond en veel geld voor de nieuwe Adrianuskerk te Naaldwijk. De Parochie zette de pacht van de boerderij aan Johannes van der Helm in 1900 voort. Gevolgd door een pacht aan Cornelis H. Ruigrok die Caatje van de Loos in 1923 huwde en toen de Vlietwoning betrokken. In 1950 bouwde de Adrianus Parochie een nieuwe woning naast de Vlietwoning. Cornelis en Caatje, die een grote kinderschaar hadden, vonden het leven in de Vlietwoning niet meer van de naoorlogse tijd en daarna werd de Vlietwoning niet meer als woonruimte gebruikt. Nicolaas Ruigrok, boer en ’n oudere zoon van Cornelis was gehuwd met Gré Ruigrok. Zij wilden de woning en de boerderij wel kopen en zo werden zij uiteindelijk rond 1980 eigenaar van de totale locatie.

Heemschut
Erfgoedvereniging Heemschut is de grootste en één van de oudste particuliere verenigingen voor bescherming van cultuurmonumenten in Nederland. Sinds 1911 zetten actieve burgers zich in voor de waardering en het behoud van waardevolle monumenten en cultuurlandschappen. De vereniging komt al die tijd in actie bij verwaarlozing of dreigende sloop van monumenten en wanneer een historisch stadsgezicht aangetast dreigt te worden door disharmoniërende nieuwbouw. Cruciaal daarbij is het werk van de Heemschut commissies in de twaalf provincies en Amsterdam. Deze beschermen de monumenten in hun regio. Het moet mei 2000 zijn geweest dat men tijdens een excursie van de Stichting Heemschut, het oog liet vallen op de vergeten boerderij “Vlietwoning”, die met z’n kont naar de A20 stond gedraaid. Wanneer toen niet werd ingegrepen had mogelijk een variant van de verlengde veilingroute dwars door de boerderij gelopen en was van de Vlietwoning dus niets meer te zien geweest. Al eerder in de vijftiger jaren, overleefde de boerderij een dreigement van een nieuwe weg die men dwars door het Westland plande. In 2005 ontving de Vlietwoning haar Rijksmonumentale status.

Brand
Op 26 november 2004 opende men het Schaatsmuseum officieel in de stallen van de boerderij. Gré Ruigrok en haar inmiddels overleden man Nico Ruigrok, wilden de boerderij daarmee weer duidelijke functie geven. Het was hen duidelijk dat zonder deze functie, de boerderij op termijn verloren zou gaan. Maar op 26 mei 2009 voltrok zich een groot drama, er brak brand uit in de Vlietwoning. De oorzaak van de brand en de schuldvraag laat ik in het midden. Maar de boerderij bleek verzekerd als boerderij, maar niet als Rijksmonument. Over dat probleem hebben wij het ook al eerder geschreven in deze reeks. Het zou namelijk veel waard zijn als Nederland de gewoonte zou kennen, dat wanneer een monument door schade van buitenaf wordt getroffen, dit aanvullend op de normale eigen verzekering wordt gedekt. We doelen hier op het monumentale deel en de daaruit voortvloeiende consequenties. De totale verantwoordelijkheid kan niet alleen bij de eigenaar, veelal een leek, worden neergelegd. Overheden bepalen dat het een monument wordt en hebben daar dus ook een medeverantwoordelijkheid. Wanneer overheden, met steun de verzekeraars, hier regels voor zouden opstellen. Dan kunnen monumenten in geval schade van buitenaf, het monument in de oude setting herstellen, een algemeen belang voor ons en onze leefomgeving.

Onmogelijke situatie
Hoe zeer de huidige eigenaresse mevrouw Gré Ruigrok ook tracht de boerderij in oude luister te herstellen, zij staat eigenlijk voor een schier onmogelijke situatie. Niet alleen de Hoogspanningsleidingen met het achterliggende hoogspanningsstation van Tennet. Maar ook het grote Vlietpolderplein met Snelbinder voor fietsers, die voor een vlotte doorstroming van de A20 naar de N213, de Galgeweg en de verlengde veilingroute moet zorgen, ontsieren de kale omgeving van deze historische boerderij. Op de kaart van Kruikius uit 1712 staat de Vlietwoning in een ruim beboste omgeving. Ook bij de aankopen door de Rijkswaterstaat in 1933 voor de aanleg van de A20 was deze bebossing nog steeds aanwezig. Het is kennelijk een situatie die we allemaal geaccepteerd hebben, daar niet van, maar deze consequenties zijn onderschat en een vrouw van tachtig jaar kunnen we dit toch niet aandoen. Natuurlijk heeft zij hulp van de gemeente Westland en de directie van Condubouw uit Honselersdijk, zonder dat was de boerderij al ingestort. Ook de Provincie heeft inmiddels een subsidie toegezegd voor verdere aanpak. Maar zonder extra hulp van de Provincie als opvolger van de Rijkswaterstaat voor de wegen en Tennet gaat dit niet lukken. Een nieuwe bestemming is nodig. Hoeveel fraaier zou deze boerderij, aan de belangrijke entree van het Westland niet staan, wanneer er een passend groenplan was geweest, waar men naartoe had kunnen werken. Ook een logische entree voor de auto en de fiets naar de boerderij ontbreekt. En het geheel in een prachtige en kleurrijke avondverlichting plaatsen, zou de monumentale uitstraling kunnen af maken. Maar helaas verdwijnt de bouwmassa nu in het geweld van de directe omgeving. De aandacht gaat helaas niet naar de boerderij. De Vlietwoning is een boerderij waarvan de vroegere eigenaren kennelijk teveel aan de gemeenschap dachten, maar helaas blijkt die gemeenschap nu de boerderij allang uit het oog verloren te hebben. Maar het is en blijft wel een Rijksmonument met een indrukwekkende geschiedenis.

Wilt u reageren op dit artikel, mail dan naar pamvdvalk@gmail.com. Bronnen: Gerard Beijer, vrijwilliger van het Historisch Archief Westland, de artikelen uit het blad “Westlands Streekhistorie” en het privé-archief van Gré Ruigrok.